Annelies Marie Frank
werd op 12 juni 1929 geboren in Frankfurt am Main. Toen de
nationaal-socialist Hitler in 1933 in Duitsland aan de macht kwam,
vluchtte Anne met haar ouders, Otto en Edith Frank en haar zus Margot
naar Nederland. Otto Frank zette in Amsterdam verschillende bedrijven
op en Anne en Margot gingen naar de basisschool. De familie Frank
voelde zich vrij en veilig, totdat het Duitse leger op 10 mei 1940
Nederland binnenviel.Enkele
dagen later, op 15 mei, bezetten de Nazi's Nederland en begon ook
hier Hitlers 'Entjuding'. Dit hield in dat joden een ster moesten
dragen, geen eigen bedrijf mochten hebben en dat joodse kinderen
alleen nog naar joodse scholen mochten. Om problemen te voorkomen
liet Otto Frank in 1941 zijn zaak overnemen door zijn medewerker
Johannes Kleiman, die hij al sinds 1923 kende.
Voor haar
dertiende verjaardag in 1942 kreeg Anne Frank een
dagboek cadeau. Ze begon er meteen in te schrijven. Het grootste deel
van haar dagboek gaat over haar tijd in het achterhuis. Zo heet de
plek waar Anne moest onderduiken. Ze moest zich daar samen met haar
ouders, haar zus en nog vier andere joden verstoppen.
Hun
leven liep gevaar.
In de ruim twee jaar dat zij verborgen zit
schrijft zij enkele schriften vol. Op het einde van de onderduiktijd
herschrijft Anne Frank haar dagboeken met het plan er een boek van te
maken, dat na de oorlog uitgegeven kan worden. In 1947
publiceert Otto Frank de dagboeken van zijn overleden dochter. Het
dagboek van Anne Frank is een van de meest gelezen boeken ter wereld.
Sinds april 2021 zal het dagboek van Anne Frank ook verschijnen in eenvoudige taal, bedoeld voor kinderen en "nieuwkomers". De nieuwe titel is Mijn naam is Anne en wordt i.s.m. de Anne Frank Stg. gemaakt.
Het verraad van Anne Frank en de zeven andere personen die met haar waren ondergedoken in het Achterhuis in Amsterdam, leidde op 4 augustus 1944 tot haar gevangenneming, vervolgens deportatie en dood in het concentratiekamp Bergen-Belsen in vermoedelijk februari 1945. Zij werden zeer waarschijnlijk verraden door notaris Arnold van den Bergh, lid van de Joodse Raad in Amsterdam.