Holi wordt in bijna heel India gevierd en door alle hindoes over de hele wereld. Het begint op de avond van de volle maan in de maand van Phagun (maart) en duurt tot de eerstvolgende dinsdag.

Er zijn verschillende redenen om dit feest te vieren. De belangrijkste reden is het nieuwe jaar: Holi is een nieuwjaarsfeest. Een andere reden is vooral voor de boeren belangrijk. Zij vieren het als het festival om de goden te danken voor de goede oogst (in India is rond deze tijd de oogsttijd). En ook viert men het Holifeest, omdat men gelooft dat Shiva op deze dag is getrouwd met de dochter van de Himalaya’s: Parvati.

Holi begint met het planten van een stek van de wonderboom door een pandit, een priester, tijdens een speciale ceremonie. Rondom de geplante ‘Holika’ wordt gedurende de volgende veertig dagen hout, droge takken, stro e.d. verzameld en op deze manier wordt een brandstapel gemaakt.
Deze brandstapel symboliseert het kwade en wordt tijdens de vooravond van Holi in brand gestoken.

Het verbranden noemt men de Holika-dahan. Vooraf wordt het stekje van de wonderboom (dat het goede symboliseert) door de pandit verwijderd. Pas dan kan de brandstapel of Holika aangestoken worden.
Speciale muziekgroepen zingen Holi-liederen. Al zingend dansen de mensen om de brandende stapel, als teken van de overwinning van het goede op het kwade.

De volgende dag brandt het Holi-feest los. Op de ochtend van de Holika besmeert men elkaar met een beetje as van de brandstapel en gaat men bij elkaar langs om elkaar Subh-Holi te wensen: voorspoed in het nieuwe jaar.

Ook muziekgroepen gaan bij de mensen langs om Holi-liederen te zingen. Iedereen gaat de straat op, waarbij men feest viert en elkaar besprenkelt en besmeurt met groene of rode poeder, maar ook met parfum en reukwater, als teken van vriendschap en hoop voor de toekomst.

De verschillende kleuren en geuren symboliseren de natuur die in bloei staat.

En … de mens is een deel van de schepping en dus van de natuur.


Klik hier om naar de vorige pagina te gaan