Het maken van verre reizen is tegenwoordig niet zo bijzonder meer, maar een eeuw geleden was dat een hele onderneming. Wereldreizigers waren er rond 1900 maar weinig. Een van de uitzonderingen was Edmond Regout, een kleinzoon van de Maastrichtse ondernemer Petrus Regout (1870-1926).


In het familiearchief Regout bevinden zich 49 brieven die Edmond uit verre oorden naar huis stuurde en een aantal albums met de foto's die hij er maakte. In dit stukje een impressie van de vierdelige serie archiefsprokkels van zijn reizen naar het Verre Oosten. Op 21 september 1902 kwam hij samen met zijn broer Eduard in Ceylon aan.

Vervolgens verbleven zij op Java (Indonesië), waar Eduard ziek werd. Edmond reisde in januari 1903 in zijn eentje verder naar Hongkong en vervolgens naar Japan.


In februari 1903 vertoefde Edmond in Kyoto, de voormalige hoofdstad van Japan,waar het op dat moment erg nat en koud was.

De Japanse interieurs zijn van een minutieuze zindelijkheid. Daarentegen zijn de straten bedekt met een zo dikke laag modder, dat zij onbegaanbaar worden voor een Europeaan.

De Japanners dragen sandalen die vier vingers hoog zijn, zodat zij niet in de modder blijven steken. In de Japanse huizen doen ze hun schoenen uit en hun laarzen laten ze bij de deur staan. Er zijn geen haardvuren, alleen in iedere kamer een bronzen pot met wat stukjes houtskool.

Ik bewoon een Japans logement. Ze praten er alleen Japans.

Kortom alles is er helemaal puur Japans, behalve het elektrisch licht. Ik heb me eraan gewend om geen vuur te hebben en terwijl ik u schrijf zit ik op de grond,want er zijn geen tafels en geen stoelen, en het is maar vier graden boven nul in mijn kamer. 's Nachts spreid je op de vloer een watten deken uit, die een bed vormt. Een tweede, zelfde deken moet volstaan om je warm te houden. Je went aan alles en het is zelfs comfortabel vanwege de kracht van de eenvoud.’

Ik heb niet kunnen wennen aan het Japanse voedsel, dat samengesteld is uit zo'n dubieuze gerechten dat ik vaak niet wist of ik vlees, vis of fruit at.

Dus gebruik ik de maaltijd in een hotel, waar het eten bijna zoals in Europa is. Je neemt hier erg warme baden,zodat je er als gekookt uitkomt en dat geeft warmte voor de hele dag.’

Ik heb twee zakwoordenboekjes, Japans-Engels en Engels-Japans, en ik zoek iedere keer op wat ik moet zeggen.

Dat kost soms tijd en het is me al gebeurd dat ik iemand meer dan vijf minuten heb laten wachten voor ik in mijn boek kon vinden, hoe ik hem in het Japans moest zeggen dat hij een imbeciel was. Het resultaat blijft hetzelfde en dat is wat telt.’


Behalve van de cultuur proeven, deed Edmond blijkbaar ook een stukje ‘research’ voor de Sphinx, naar Japanse concurrentie?

De Japanners die zich de eer veroorloven om de Europeanen na te apen, zijn verdraagbare mensen. De anderen, de mensen van de straat, zijn afschuwelijk en het merendeel heeft een gelaatsuitdrukking van idioten. Zij zijn behendig als apen en maken kunstvoorwerpen van een verrassende verfijndheid. Kyoto is beroemd om zijn porselein, zijden borduurwerk enzovoort. Ik heb zojuist kamerschermen gezien, geborduurd met zijde, met een waarde van 9.000 frank, die erg opmerkelijk waren.’

Ik doe weinig inkopen, alleen maar enkele exemplaren van verschillende takken van nijverheid’.

Vanmorgen heb ik een aardewerkfabriek bezocht, de belangrijkste van Japan. Ik was aangenaam verrast, toen ik zag dat het exportartikel van een zo erbarmelijke kwaliteit en smaak was dat ik er buikpijn van kreeg. Al het werk werd met de hand gedaan. Met de filialen inbegrepen waren er slechts 620 arbeiders en het product is verstuurd naar Amerika en naar Australië. Weinig concurrentie te duchten voor de Sphinx! Maar Japan is in beweging en in de loop van de tijd zou dat wel eens ingrijpend kunnen veranderen.’

Ik heb drie dozijn koffiekoppen voor Alfons besteld en evenveel voor mij zelf, maar van een ander dessin. Zij kosten circa zes frank per kop, maar ze zijn erg mooi en verschillen sterk van wat je over het algemeen in Europa ziet als decor.

Eduard heeft gezegd dat hij voor die van Adolf zou zorgen.’

Japan is duur, de hotels zijn duur en de verkopers van kunstvoorwerpen verkopen duurder aan Europeanen dan aan Japanners. In de zomer zijn hier veel Amerikanen. Nu is er erg weinig volk. In heel Kyoto zijn nog geen twintig Europeanen.

De Japanners zijn erg klein en ik ben voor hen een vaste bezienswaardigheid vanwege mijn ‘onmetelijke’ lengte.

De plafonds en de deuren zijn laag. Ik stoot er erg vaak mijn hoofd en zal een hard hoofd hebben bij het verlaten van dit land.’

Ik ben steeds van plan vóór eind mei terug te komen naar Holland. Schrijf mij niet meer in Japan, maar naar het Hollandse Consulaat in Moskou, Rusland, aangezien ik de Trans Siberische neem. Ik ben van plan enige tijd in Moskou halt te houden. U kunt ook een briefkaart of een briefje naar mij schrijven in Irkutsk, Siberië, waar ik eveneens van plan ben een stop te maken. In een afgelegen land geeft dat dubbel plezier.’

Klik hier om naar de vorige pagina te gaan

Eric Scheepers en Rolf Hackeng

Edmond Regout in het Verre Oosten (slot)

De koffiekopjes die Edmond uit Japan meenam.

Een geisha in een bevallige pose. Ook deze foto bevindt zich

in het familiearchief Regout.

Maastricht houdt van Japan. Dat kun je zien aan het 19e eeuwse Maastrichts aardewerk dat Petrus Regout voorzag van Japanse motieven, of aan het op het Verre Oosten georiënteerd goudleerbehang in de burgemeesterskamer van Annemarie Penn-te Strake.
Maar de liefde voor Japan en de historische banden met het land staan ook centraal in de nieuwste expositie Maastricht - Japan in het Centre Céramique.
De tentoonstelling werd geopend door de burgemeester in aanwezigheid van de Japanse ambassadeur.

Naast het aardewerk, diverse Japanse prenten en reproducties van het behang is bij de expositie ook een bijzondere fotoreportage over geisha’s te zien.
De maker ervan - Maastrichts fotograaf Paul van der Veer - reist al sinds 2013 naar het Aziatische land en raakte geïntrigeerd door dit verdwijnend Japanse fenomeen, waarbij vrouwen zich toeleggen op de kunsten en het entertainen van gasten.
Door toegang te krijgen in een geisha-huis, een opleidingshuis waar meisjes en vrouwen tot geisha worden gevormd - kreeg de fotograaf een fascinerende inkijk in een wereld die voor anderen doorgaans gesloten blijft. De bijzondere reeks foto’s toont het dagelijkse leven, maar ook de moeite en de toewijding die de toekomstige geisha's in hun missie steken.

De tentoonstelling Maastricht- Japan is tot 23 april 2022 in het Centre Céramique te bekijken.

Bron: Familiearchief Regout. Woensdag 13 oktober 2010 DE TROMPETTER/DE MAASPOST

Historisch Centrum Limburg, www.rhcl.nl. info@rhcl.nl

Sint Pieterstraat 7, 6211 JM Maastricht